Sinds 1 januari 2021 is de Wet franchise in werking getreden, met als belangrijkste doel de positie van franchisenemers te versterken.
Sinds 1 januari 2021 is de Wet franchise in werking getreden, met als belangrijkste doel de positie van franchisenemers te versterken. De wet legt franchisegevers nieuwe verplichtingen op, vooral met betrekking tot de informatievoorziening, om een beter evenwicht te creëren tussen beide partijen. Voorheen waren er geen specifieke wettelijke regels over de informatie die een franchisegever aan de franchisenemer moest verstrekken. Met de invoering van de Wet franchise zijn die regels echter duidelijk vastgelegd in de artikelen 7:913 en 7:914 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
Een van de kernpunten van de Wet franchise is de informatieplicht die geldt in de precontractuele fase. Dit is de fase die voorafgaat aan de ondertekening van de franchiseovereenkomst, waarin de beoogde franchisenemer kritisch moet kunnen nadenken over de risico's en voorwaarden van de samenwerking. De nieuwe regelgeving stelt dat de franchisegever alle relevante informatie moet verstrekken om de franchisenemer in staat te stellen een weloverwogen beslissing te nemen.
Op grond van artikel 7:913 BW moet de franchisegever informatie aan de beoogde franchisenemer verstrekken over de risico’s en voorwaarden van de overeenkomst. Deze informatie omvat onder meer:
Deze transparantie zorgt ervoor dat de franchisenemer realistisch kan inschatten of hij de samenwerking wil aangaan en onder welke voorwaarden. Dit biedt de franchisenemer bescherming tegen mogelijke misleidende of onvolledige informatie die zijn besluit negatief zou kunnen beïnvloeden.
Een belangrijk element van de Wet franchise is de stand still periode van vier weken, zoals vastgelegd in artikel 7:914 BW. Gedurende deze periode mag de franchisegever het aanbod aan de beoogde franchisenemer niet wijzigen of intrekken. Deze tijd geeft de franchisenemer de mogelijkheid om rustig na te denken, advies in te winnen, en zich volledig te oriënteren op de voorgelegde overeenkomst. Het doel hiervan is om de franchisenemer te beschermen tegen overhaaste beslissingen en druk van de franchisegever.
In een recente uitspraak (ECLI:NL:RBMNE:2021:2840) verduidelijkte de rechtbank de werking van de stand still periode. De franchisegever probeerde het aanbod tijdens deze periode in te trekken, maar de rechter oordeelde dat dit niet toegestaan was. De wet schrijft duidelijk voor dat de franchisenemer gedurende de stand still periode de tijd heeft om zich te beraden, en dat de franchisegever gedurende deze periode het aanbod gestand moet doen. Eventuele wijzigingen van het aanbod mogen alleen worden doorgevoerd als ze in het voordeel zijn van de franchisenemer.
Deze uitspraak benadrukt het belang van deze beschermingsperiode en laat zien dat de rechter actief toeziet op de naleving van de wettelijke bepalingen, om ervoor te zorgen dat franchisenemers de tijd en ruimte krijgen om een goed geïnformeerde beslissing te nemen.
De informatieplicht houdt niet op nadat de franchiseovereenkomst is getekend. Gedurende de samenwerking tussen franchisegever en franchisenemer blijft de franchisegever verplicht om de franchisenemer tijdig te informeren over belangrijke zaken die van invloed kunnen zijn op de uitvoering van de overeenkomst.
Volgens artikel 7:916 BW moet de franchisegever de franchisenemer regelmatig informeren over diverse onderwerpen, zoals:
Voor deze informatieverplichtingen geldt geen overgangstermijn, wat betekent dat elke franchisegever vanaf 1 januari 2021 aan deze verplichtingen moet voldoen. Franchisenemers kunnen dus meteen een beroep doen op deze regels als zij menen dat de franchisegever niet tijdig of correct informatie verstrekt.
De nieuwe informatieplicht heeft grote gevolgen voor de dagelijkse praktijk van franchisegevers en franchisenemers. Franchisegevers moeten transparanter zijn over hun bedrijfsvoering en hun toekomstige plannen, terwijl franchisenemers hierdoor beter in staat zijn hun positie te bepalen en weloverwogen keuzes te maken.
De Wet franchise biedt franchisenemers belangrijke bescherming door de introductie van de informatieplicht voor franchisegevers. Deze plicht geldt zowel tijdens de precontractuele fase als gedurende de looptijd van de franchiseovereenkomst. Franchisegevers moeten transparant zijn over essentiële zaken en franchisenemers de tijd en ruimte geven om een weloverwogen besluit te nemen. De informatieplicht draagt bij aan een betere balans in de franchiserelatie en helpt conflicten in een vroeg stadium te voorkomen.
Heeft u vragen over de informatieplicht of franchisewetgeving? Neem dan contact op met Diana v Arkel, specialist in franchiserecht bij AG Hart Advocaten, voor deskundig advies.